Een startup probeert een motor aan de praat te krijgen. Een corporate sleutelt aan een goedlopende motor om er nog meer pk’s uit te persen. Het verschil? Waar de een durft te experimenteren, durft de ander vooral niet stil te vallen. In Corporate Jamming laat Ewout Karel – voormalig innovatiemanager bij T-Mobile en oprichter van de JamClub – zien hoe bedrijven vernieuwing systematisch afremmen. Terwijl innovatie juist dé sleutel is tot het bouwen van een samenleving waarin mensen, natuur en economie samen kunnen bloeien. Niet méér van hetzelfde, maar iets totaal nieuws. Geen grotere boom, maar een gezond bos, dat is échte brede welvaart.
De logica van groei blokkeert vernieuwing
Volgens Ewout zitten veel bedrijven vast in een model van risicobeheersing en winstmaximalisatie. Alles draait om efficiëntie. De motor loopt, dus waarom klooien aan het mechaniek? Maar juist die houding maakt bedrijven kwetsbaar. Want stilstand is achteruitgang – vooral in een wereld die radicaal verandert. Startups en vernieuwers brengen wél beweging, maar vaak vanaf de zijlijn. “Innovatie komt zelden van binnenuit,” zegt Ewout. “Daarom is het tijd voor een andere aanpak: corporate jamming.”
Jammen in plaats van plannen
Corporate jamming is samenwerken zonder vooraf vastgelegde uitkomst – net als muzikanten die improviseren. Geen strak plan, maar een open houding. Ruimte voor mislukking, toeval en het onverwachte. Niet om een businesscase af te vinken, maar om samen iets nieuws te laten ontstaan dat ertoe doet.
Ewout pleit voor een innovatiecultuur waarin vakmanschap de hoofdrol krijgt. Waar bedrijven, overheden en kennisinstellingen hun expertise delen zonder de druk van directe winst. “Je hoeft geen dure incubator op te tuigen,” zegt hij. “Laat vakmensen meespelen in experimenten. Dat levert vaak meer op dan een innovatiefabriek.” Grote bedrijven hoeven niet zelf te vernieuwen – maar wel ruimte te maken. En overheden kunnen nieuwsgierigheid verkiezen boven controle. Want pas als we durven te spelen, ontstaat er iets dat klinkt.
Neem het voorbeeld van een startup die voetbalcommentaar voor blinden via FM-zenders wilde verbeteren. Die oplossing bestond al – dus waarom nog iets nieuws proberen? Juist omdat er geen vast plan was, maar wél ruimte om te jammen, ontstond iets beters: een internetstream waardoor kinderen met een visuele beperking gewoon naast hun vader op de tribune konden zitten. En wat begon als experiment, bleek ook van waarde voor verzorgingstehuizen en mensen met autisme. Geen businesscase, geen einddoel – wel een betere oplossing die anders nooit van de grond was gekomen.
Een Europese innovatiecultuur
Europa heeft een unieke positie, stelt Ewout. “Waar de VS stuurt op winst en Azië op productie, ligt de kracht van Europa in vakmanschap, kennis en een mensgerichte economie. Dat moeten we koesteren. Door te investeren middels samenwerken, delen van kennis en vakmanschap in innovaties die maatschappelijke waardes centraal zetten.”
Ewout is een innovatiestrateeg en oprichter van de JamClub, een collectief dat radicale samenwerking en experimentatie in het bedrijfsleven en de samenleving bevordert. Als voormalig Innovation Manager bij T-Mobile en voorzitter van LESS Agency pleit hij voor een cultuur van “corporate jamming” – waarbij improvisatie, vakmanschap en maatschappelijke waarde de overhand hebben boven rigide plannen en winstgerichte logica.
Van boom naar bos
Als we echt willen bouwen aan die Europese kracht, moeten we anders kijken naar groei. Ewout ziet het innovatielandschap als een bos. In een gezond ecosysteem werken oude bomen en jonge planten samen via een netwerk van schimmeldraden – het mycelium. Grote bomen geven voedingsstoffen door aan de kleintjes. Zo ontstaat een veerkrachtig geheel waarin alles verbonden is. “Innoveren gaat over het bouwen van een bos,” zegt Ewout. “Niet over het laten groeien van één superboom.”
Durf te jammen
“Als we brede welvaart écht serieus nemen, moeten we onze definitie van succes herzien,” zegt Ewout. “Niet alleen meer omzet of snellere technologie, maar oplossingen die ertoe doen. Dat vraagt om lef. Om bedrijven die durven te jammen. Die onderdelen van hun goed lopende motor ter beschikking stellen, of uitlenen om iets nieuws te bouwen. En die snappen dat een bos meer waard is dan één perfecte boom.”